Wettelijke voorschriften incassokosten

De wet maakt onderscheid tussen particulieren en bedrijven als het gaat over incassovoorschriften.

Wet Normering Buitengerechtelijke Incassokosten (WIK)

Per 1 juli 2012 is de Wet Normering Buitengerechtelijke Incassokosten (WIK) in werking getreden.

De WIK heeft als doel totale duidelijkheid te verschaffen over de verschuldigdheid van en de hoogte van de incassokosten. Van deze wet kan niet ten nadele van de consument (natuurlijke personen niet handelende in de uitoefening van een beroep of bedrijf) worden afgeweken. Het betreft hier dan ook dwingend recht.

Wanneer heeft u recht op vergoeding van incassokosten (hieronder vallen ook administratiekosten en dossierkosten)? Indien

  1. U vanaf 1 juli 2012 een goed of dienst heeft geleverd en u de consument daarvoor hebt gefactureerd (‘de vordering is opeisbaar‘).
  2. De consument niet binnen de overeengekomen termijn heeft betaald (‘in verzuim is met betalen’).
  3. Er door u aan de consument een aanmaning is verstuurd, waarin u vermeldt;
    • Dat de consument nog een termijn heeft van 14 dagen om de vordering te voldoen
    • Dat u ná het verstrijken van die termijn incassokosten verschuldigd zijn, waarbij u de hoogte van de incassokosten moet vermelden
    • Dat indien u niet BTW-plichtig bent de invorderingskosten zullen worden verhoogd met BTW indien u de vordering aan Kerckhoffs & Lasonder uit handen geeft na het verstrijken van de 14 dagen.

Dit houdt in dat u, naast de andere hierboven vermelde verplichte inhoud, de hoogte van de gevorderde incassokosten moet vermelden in uw aanmaning, waarbij de WIK aangeeft dat deze incassokosten maximaal mogen bedragen:

  • 15% over eerste € 2500,00 van de vordering, met een minimum van € 40,00;
  • 10% over de volgende € 2500,00 van de vordering;
  • 5% over de volgende € 5000,00 van de vordering;
  • 1% over de volgende € 190.000,00 van de vordering;
  • 0,5% over het meerdere van de vordering, met een maximum van € 6775,00.

Omdat deze wet het nodige rekenwerk met zich meebrengt, staat er op onze home pagina een button “Incassokosten berekenen” waarmee de incassokosten snel voor u worden berekend.


Voorbeeld tekstfragment;

“U bent in verzuim met betaling en wij geven u bij deze alsnog de gelegenheid om binnen veertien dagen aanvangende de dag nadat deze aanmaning bij u is bezorgd  de vordering aan ons te voldoen, bij gebreke waarvan wij gerechtigd zijn de vordering te verhogen met de wettelijke incassokosten ad € ……….” (bijvoorbeeld: “…..de wettelijke incassokosten ad € 100,00”)

Wanneer u of uw bedrijf niet BTW-plichtig is, dient u te vermelden:

“….de wettelijk incassokosten ad € ……. De invorderingskosten zullen worden verhoogd met de daarover verschuldigde BTW wanneer de vordering door ons uit handen wordt gegeven aan Kerckhoffs & Lasonder Gerechtsdeurwaarders.”

WET LEGT BETALINGSTERMIJNEN AAN BANDEN!

Sinds 16 maart 2013 heeft het MKB meer steun in de rug gekregen, omdat vanaf dan de EU-richtlijn betalingstermijnen is doorgevoerd in de Nederlandse Wet. De nieuwe Wet ziet toe op de bestrijding van betalingsachterstanden in zakelijke transacties (B2B).

Per 16 maart jl. geldt voor facturen waarbij geen betalingstermijn is afgesproken, dat deze binnen 30 dagen betaald moeten worden. Is er niet binnen deze wettelijk gestelde termijn betaald, dan is de debiteur wettelijke handelsrente en incassokosten verschuldigd over de openstaande factuur.

De belangrijkste, aanvullende instrumenten ter bestrijding van betalingsachterstand zijn:

  • Een minimumvergoeding van 40 euro voor invorderingskosten. Dit bedrag is zonder aanmaning verschuldigd vanaf de dag volgende op de dag waarop de wettelijke of overeengekomen uiterste dag van betaling is verstreken. Hiervan kan niet ten nadele van de schuldeiser worden afgeweken;
  • Een maximum betaaltermijn voor overheidsinstanties van in beginsel 30 dagen;
  • Een maximum betaaltermijn voor handelstransacties tussen ondernemingen van in beginsel 60 dagen;
  • Een maximum verificatieperiode van in beginsel 30 dagen;
  • Een verhoging van de wettelijke handelsrente met 1 procentpunt;
  • Het stellen van grenzen aan de contractsvrijheid met de introductie van een regeling van kennelijk onbillijke contractbepalingen en kennelijk onbillijke praktijken.

Wat verandert er?

De betalingstermijnen bij overeenkomsten tussen bedrijven en bij overeenkomsten tussen bedrijven en overheden worden wettelijk vastgelegd. Nu bepaalt de wet alleen dat de betalingstermijn niet onredelijk mag zijn.

Vanaf 16 maart geldt voor business-to-business (B2B) dat:

  • Als u contractueel niets regelt, moet binnen 30 dagen na de factuurdatum worden betaald;
  • In de overeenkomst mag een langere betaaltermijn van maximaal 60 dagen worden afgesproken;
  • Een betalingstermijn van langer dan 60 dagen is alleen toegestaan als aangetoond kan worden dat dit voor geen van beide partijen nadelig is;
  • Bedrijven en overheden moeten binnen 30 dagen na de factuurdatum betalen. Afwijken van deze termijn is vrijwel niet mogelijk;
  • Bij geen of te late betaling geldt dat u een standaardvergoeding voor incassokosten mag vragen. U hoeft hiervoor geen aanmaning te sturen. Hebt u niets afgesproken over de hoogte van de vergoeding? Dan is de vergoeding een percentage van de rekening. Het minimumbedrag van de vergoeding is € 40. Daarnaast mag u wettelijke rente in rekening brengen.

Minimum betalingstermijn.

Er is en er komt geen wettelijke minimum betalingstermijn. U maakt hierover zelf afspraken met de tegenpartij. U kunt zelfs afspreken vooraf te betalen. Hierbij geldt dat de betalingstermijn niet onredelijk mag zijn.

Ons kantoor heeft een ruime ervaring op het gebied van klantvriendelijk en effectief debiteurenbeheer.